maandag 20 september 2010

Een echte vriendin...

Glimlachend liep ik het lokaal uit. De meester van BV (Beeldende Vorming) was super grappig.

“We gaan naar Berendonck!” riep iemand. Ik liep samen met mijn vriendinnen naar de kluisjes.

“Heb jij een fiets mee?” vroeg mijn mentor aan me. Ik schudde mijn hoofd en zei zacht: ‘nee’.

“Dat snap ik, je hebt zeker geen fiets kunnen regelen hé?” vroeg de meester aan Bo. Hij had geprobeerd een fiets te regelen, maar dat was niet gelukt.

“Kom achter mijn fiets” riep Y. Ze liet haar roestige oude fiets zien. Ik haalde mij schouders op.

Even later sjeesde ze door de straat met mij achterop.

Berendonck is een leuk meertje vlakbij Nijmegen. Daar zwommen veel meerkoeten.

De vorige dag moesten we taarten en gebakjes maken, ik deed het samen met Rulle, Jaka, Kita, Fen en Mel. We bakten twee lange stracciatellacakes.

Jaka presenteerde de cakes. Meteen ontstond er een cocon van mensen om haar heen.

De wind woei zachtjes. Het water golfde. Het water voelde warm aan.

“Ga jij zwemmen?” vroeg Y. Ik knikte vaag. Het leek me wel lekker, maar weinig durfden.

Even later stond ik met mijn bikini in de wind. Het viel nog wel mee. Langzaam liep ik het water in. Daarna volgde Jaka, Len (een vriendin) en Y. We trokken elkaar in het water.

We bibberden toen de wind iets harde woei. Het water droop van mijn haar. Opeens hoorden we bellen.

Een rij fietsen verzamelde zich.

“Shit, ze gaan vertrekken!” riep Len. We gingen razendsnel omkleden.

We stonden bij de ingang.

“Hoe moeten we Wan-Qing op school brengen?” vroeg Lauren. Y zei: “Ze kan niet meer achter mij, ik hoorde mijn fiets al krakken”

Len stelde voor dat ik achter Len ging.

“Weet je wat, als Wan-Qing op Len’s fiets gaat, gaat Len achter mij. Len is toch lichter” Y klopte op haar fiets. Ik fietste dus naar school. Het begon steeds harder te regenen en ik slipte bijna.

Op school kwam Len naar me toe lopen.

“Hé, Y wil schadevergoeding voor haar fiets want het is nou half stuk en ik wil ook wel iets terug”

Ik knikte triest, het voelde alsof ik twee fietsen heb gemold.

De volgende dag nam ik een paar gelukskoekjes mee. Ze waren heel blij. Nou ja, als gelukskoekjes je gelukkig maken, waarom doe ik het niet?

vrijdag 3 september 2010

Levenloos

Daar lag hij
Bruin/wit gestreept
Zijn pootjes bij elkaar
Het bekje half open
Bloed sijpelde langs de staatstenen
Een politiewagen stopt
Een agent praat met een man
Een schrille wind blies door het vacht
Van het levenloze lijkje

Dat gebeurde
Op een middag
De zon scheen
Mensen kwamen langs
Met haastige stappen