woensdag 13 augustus 2008

de Oceane



In de Oceane,was ik geweest ,
In de Burger Bush, in de Burgers Zoo ,Met mijn zusje en mijn moeder.


Als eerste was er een grot ,De grot was groot .
We gingen door donkere gang, het werd donkerder en donkerder .
Opeens schijnt het, zo blauw als, de hemel van de nacht.

Het waren kwallen die in de licht van aquarium zwemmen.

Sierlijk en luchtig, zweven ze, in het water.

Ze zijn blauw, maar niet blauw

Ze zijn wit, maar niet wit

nee.....een beetje doorzichtig.

Het is zo zacht, het is zo licht, je durft het niet aan te raken,durft niet hard te praten

het lijkt alsof het zomaar kan verdwijnen, net als een droom.


Ik vergat alles om me heen, het voelde dat ik zelf een kwal was,

Dat ik met ze mee bewogen


Mijn moeder riep me verder.

Toen ik verder liep,wat nog donker was, werd alles verlicht.

Het was een "strand", "zeesterren" waren verspreid en de achtergrond was zee.

Daarvoor was echte zeewater met bergen die eruit staken.

Lang bleef ik er niet want ik wou het zo graag verder zien.


Er waren overal "bergen" en "rotsen" .

tussen al die "bergen" en "rotsen" was er een trapje, daar daalde ik ver naar beneden.

Daar werd het weer donker.

We waren onder de "zee".

Vaak komen glazen tussen "rotsen", achter die glazen zie je duidelijk hoe de zee eruit ziet.

Verschillende koralen lijken zee bossen en de kleurijke vissen spelen er vrolijk doorheen.

Blauwe,gele, rode en groene...........

Hoe dieper wij lopen, hoe donkerder de kleuren van de vissen wordt.

Opeens word de gang breder, we komen in een grote zaal

Voor ons staat een groot glas

Daar waren mensen, zittend en staand, te kijken en te bewonderen.

Een "gezonken schip" was erbij,


Het "schip " was bruin, met een rode zeil,het leek wel eeuwen oud.

Grote zee stenen met zeeplanten staken hoog uit de zee bodem.

Er waren grote vissen bij,dikke met dikke lippen,dunnen met kleine oogjes en platte met een grote staart, ze zijn voor mij onbekend en zeldzaam.

Ze zijn net jongens die proberen cool te zijn,

Opeens, tussen al de mensen, verscheen er een haai!

Met grote dikke ogen en vlijmscherpe tanden.

Zoekend zocht hij rond.

Langs het glas keek hij de mensen dreigend aan.

Het leek, dat hij iemand zocht om op te eten.

Opeens was ik bang dat de glas niet dik genoeg was.

Dan wil ik weg.


Na een enkele gangen lopen, kwamen we in een tunnel

Wow, weer een wonder!

We zijn echt onder de "zee"

De vissen zwemmen rustig en onbekomen, boven en om je heen.
Het lijkt alsof die mij wil aanraken en met mij wilt kletsen.

ik voel me een zeemermin, of een vis, die met de andere samen, zweven door het water.

Dat is sprookjesachtig.

Ik wilt ech...echt eeuwig blijven.


maar, dat kan niet, we moeten toch verder.


en het avontuur is uit.

Geen opmerkingen: